• Jeroen Bosch ZiekenhuisGebouw C, 1e verd. Ontvangst 3

  • EnthousiastEnthousiaste professionals

  • Jeroen Bosch ZiekenhuisModern en patientvriendelijk

  • 1
  • 2
  • 3

Innovatief & Initiatief

  • Mannenkliniek

    Mannenkliniek

    De mannenkliniek is bedoeld om specifieke mannelijke gezondheidsklachten te onderzoeken en te behandelen.

    Meer informatie
  • Bekkenbodemspreekuur

    Bekkenbodemspreekuur

    In het bekkenbodemspreekuur werken we optimaal samen om patiënten snel te behandelen voor bekkenbodem klachten.

    Meer informatie
  • Kinderurologie

    Kinderurologie

    De behandeling van kinderenbij afwijkingen van de urine-wegen of geslachsorganen is een specifiek aandachtsgebied.

    Meer informatie
  • Robotchirurgie

    Robotchirurgie

    Met robotchirurgie kan de arts nauwkeuriger laparoscopisch opereren. Er is hierdoor minder kans op complicaties

    Meer informatie
  • 1
  • 2

Doe een zelftest

  • Testosteron tekort test

    Testosteron tekort test

    Testosteron-tekort kan uw energie verminderen.

    Meer informatie
  • Plasklachtentest

    Plasklachtentest

    Heeft u klachten met plassen of incontinentie?

    Meer informatie
  • Erectietest

    Erectietest

    Twijfelt u aan de kwaliteit van uw erecties?

    Meer informatie
  • 1

Hydrocele

hydroceleVroeg in de zwangerschap ontstaat in het liesgebied van het ongeboren kind een uitstulping van het buikvlies via de buikwand (het lieskanaal). Bij jongens dalen hierlangs in een latere fase de zaadbal en zaadstreng in vanuit de buik naar de balzak. Bij meisjes ontstaat hierin een ophangband van de baarmoeder naar de grote schaamlip. Deze uitstulping van het buikvlies verkleeft meestal na de geboorte. Als dit niet gebeurt, is er sprake van een ‘breuk’. Als er zich vocht in opstapelt spreken we van een waterbreuk of hydrocele. Soms is de opening groot genoeg om buikinhoud toe te laten (darm of buikvet), dan spreken we van een liesbreuk. Bij meisjes kan naast de darmen ook de eierstok in de breukzak terechtkomen. Liesbreuken komen vaker voor bij jongens.Waterbreukjes alleen bij jongens. Ze verdwijnen vaak spontaan zeker tot de leeftijd van 18 maand. Uiteindelijk wordt ongeveer 10 % van de jongetjes die geboren worden met een waterbreuk geopereerd. Liesbreuken hebben niet de neiging om spontaan te verdwijnen.

Bij een waterbreuk zijn er meestal weinig klachten. Er is een zichtbare zwelling in een of beide liezen of balzak,die al of niet wegdrukbaar is. Ook opvallend is het feit dat de mate van zwelling kan wisselen. Bij een liesbreuk kunnen er pijnklachten zijn, misselijkheid, braken, aandrang tot ontlasten. In uitzonderlijke gevallen kan de buikinhoud beklemd raken in de breuk.Als de buikinhoud dan meer terug te duwen is,is het belangrijk dat u contact opneemt met de huisarts of de kinderchirurg.

De operatie om een hydrocele te corrigeren wordt uitgevoerd onder algehele narcose. Deze wordt toegediend via een kapje of een infuus, de anesthesioloog informeert u over de methode. Meestal gaat het om een dagbehandeling. Dit betekent dat uw kind dezelfde dag weer naar huis kan. De operatie zelf bestaat uit het maken van een sneetje in de lies, van waaruit de open verbinding wordt opgezocht en gesloten. De wond wordt onderhuids gehecht met oplosbare hechtingen zodat de hechtingen niet hoeven te worden verwijderd. Uw kind kan na de operatie 2 tot 3 dagen last hebben van de ingreep. Een beetje bloedverlies uit de wonde en een kleine bloeduitstorting in het balzakje zijn normaal. Bij veel bloedverlies , als uw kind koorts krijgt (meer dan 38.5 C),of bij ontsteking of flinke zwelling van de wonde is het aangeraden om contact op te nemen met het ziekenhuis. De kans dat de liesbreuk terugkomt is niet groot. Wel is het mogelijk dat later blijkt dat er aan de andere kant eveneens een aangeboren liesbreuk is. De hechtpleister of steristrips op de wond zullen er meestal vanzelf af gaan en hoeven dan niet meer te worden vervangen.Als de pleister er na 10 dagen nog niet is afgegaan, kan u er de pleister zelf afhalen. De hechtingen lossen vanzelf op. Douchen en/of bad kan kort na de eerste dag, na een 5-tal dagen kan dit weer de normale tijd duren. Kinderen geven prima aan wat ze wel en niet kunnen, meestal kunnen ze na 1-2 dagen weer naar school. Sport liever niet gedurende 2 weken, zwemmen eveneens ,in verband met chloor in het zwembadwater.

 

Torsio testis

torsioWanneer de zaadbal in de balzak rond zijn lengteas draait, draait de zaadstreng zich en komt de bloedvoorziening van de testis(zaadbal) in het gedrang. Op het ogenblik dat door die steeldraai (torsio) de testiculaire doorbloeding wordt onderbroken begint de eerste fase van wat een testis infarct zal worden. Dit gaat onmiddellijk gepaard met hevige pijn. De testis kan doorgaans tot 6 uur lang zuurstoftekort verdragen. Na die periode worden de letsels irreversibel en wordt na detorsie geen herstel van de doorbloeding vastgesteld.

Dikwijls begint een torsio ’s nachts bij jongens van 10 à 14 jaar. Door schaamte en omdat na een acute verergering de pijn na verloop van tijd langzaam afneemt, durven heel wat kinderen het probleem niet meteen melden. Bij twijfel moet er een diagnostische ingreep plaatsvinden, liefst binnen de 6 uren na het ontstaan van de pijn.

Wanneer het om een torsio gaat, wordt een zwartblauwe testis in het scrotum aangetroffen. Na het verwijderen van de steeldraai (detorsie) is het afwachten of de doorbloeding zich zal herstellen. Indien na detorsie en enkele minuten wachten de testisdoorbloeding zich niet herstelt, blijft de testis zwart. In dat geval wordt overgegaan tot het verwijderen van de testis. Na genezing van de wonde kan eventueel worden nagedacht over het plaatsen van een testisprothese om esthetische of psychologische redenen.

Als de doorbloeding van de zaadbal zich herstelt moet deze na detorsie vastgezet te worden in de balzak. Ook de andere testis moet gelijk vastgezet te worden omdat er een aanleg is voor een torsio testis door de anatomische omstandigheden waardoor de kans op draaiing van de andere kant ook behoorlijk groot is.

De dag na de ingreep kan men naar huis, 6 weken later is een wondcontrole gepland.

Het is aangeraden om 2 weken niet te sporten,een bad te nemen of te zwemmen, douchen mag.

Hydronefrose (prenataal)

 

Als het urineverzamelsysteem of nierbekken (pyelum) is uitgezet of met andere woorden is gedilateerd spreken we van hydronefrose. Het nierbekken verzamelt de urine vanuit de nier en voert het af naar de urinebuis (ureter) die uitmondt in de blaas. Doordat er tegenwoordig routinematig echografisch onderzoek wordt verricht bij zwangere vrouwen wordt hydronefrose meestal al voor de geboorte (prenataal) ontdekt. Waarschijnlijk komt hydronefrose voor bij ongeveer 1,5% van de ongeboren kinderen. Met echografisch onderzoek kan wel dilatatie worden aangetoond, maar obstructie niet worden bevestigd. Hydronefrose blijkt bij ongeveer de helft van de kinderen na de geboorte niet meer aan te tonen. Bij deze kinderen ligt er geen obstructie aan de dilatatie ten grondslag en is er 'niets' aan de hand. Bij de resterende 50% kunnen er verschillende diagnoses gesteld worden:


PUJ stenose (66% = 2 van de 3 kinderen)


Bij een PUJ stenose is er een obstructie in de overgang (Junction) van het Pyelum naar de Ureter. Meestal wordt deze obstructie veroorzaakt door een nauw deel van het begin van de ureter. Soms is een bloedvat dat van de aorta naar de onderpool van de nier gaat de oorzaak van de obstructie. Dit heet crossing vessel of overkruisend vat. Ongeacht de oorzaak kan een PUJ stenose aanleiding geven tot nierbekkenontsteking en op lange termijn (blijvend) verlies van nierfunctie (nierschade).


Vesico Ureterale Reflux (VUR; 33% = 1 van de 3 kinderen)


Bij VUR kan de urine terugstromen van de blaas naar de ureter of nier. Bij een blaasontsteking kan de geïnfecteerde urine naar de nier stromen. Er is dan sprake van een opstijgende infectie. Ook in deze situatie is er gevaar voor permanente nierschade. Als bij onderzoek zowel het pyelum als de ureter zijn uitgezet is er, naast VUR, obstructie van de overgang van ureter naar blaas mogelijk. Bij jongentjes kan er ook sprake zijn van klepjes in de urethra (plasbuis) die obstructie veroorzaken. Bij ernstige obstructie door urethraklepjes is de hydronefrose beiderzijds aanwezig en de blaaswand enigszins verdikt. De hoeveelheid vruchtwater is, doordat het ongeboren kind niet plast, gering. Deze aandoening is dermate ernstig dat behandeling in een kinderurologisch centrum is aangewezen.


Beleid na de geboorte bij prenatale hydronefrose

De gang van het kind door het geboortekanaal perst de nieren over het algemeen leeg waardoor de hydronefrose direct na de geboorte niet goed te beoordelen is. De eerste 2 dagen na de geboorte heeft het kind nog onvoldoende gedronken om de hydronefrose voldoende tot uiting te laten komen. Echografie in deze periode geeft vaak een onderschatting van de hydronefrose. Ter voorkoming van urineweginfecties wordt direct na de geboorte gestart met antibiotica. Amoxicilline is hierbij het middel van eerste keus. Nadere evaluatie van het kind met niet-ernstige hydronefrose kan meestal poliklinisch. De eerste echo wordt meestal na 3 tot 4 weken gemaakt. Afhankelijk van de ernst van de hydronefrose wordt verder onderzoek afgesproken. Met een cystogram, een radiologisch onderzoek waarbij de blaas gevuld wordt met contrastvloeistof, kan reflux worden aangetoond of uitgesloten. Bij een renogram (MAG 3 scan) kan met een licht radioactieve stof de nierfunctie worden bepaald en mate van eventueel aanwezige obstructie worden vastgelegd. Afhankelijk van de uiteindelijke diagnose zal gekozen worden voor een afwachtend beleid waarbij zeer regelmatig controles zullen worden verricht en langdurig antibiotica zinvol lijkt.  Bij ernstige afwijkingen met risico op nierschade is meestal operatieve correctie van de afwijking noodzakelijk. De kinderuroloog zal het te volgen beleid uitvoerig uiteenzetten.

De niet ingedaalde testis of cryptorchidisme

 

Cryptorchidisme betekent letterlijk verborgen testis (zaadbal) en is synoniem voor de niet ingedaalde testis. Dit kan zich aan één (unilateraal) of beide (bilateraal) zijden voordoen. De testis kan wel of niet palpabel (te voelen) zijn en zich in het normale afdalingstraject of daarbuiten bevinden. Dit laatste heet een ectopische testis. De niet ingedaalde testis kan zich in de buikholte bevinden (abdominaal), in het lieskanaal zitten (inguinaal) of hoog in de balzak (prescrotaal). Soms gaat de niet ingedaalde testis gepaard met een liesbreuk (hernia). Bij pasgeborenen die niet te vroeg zijn geboren komt de niet ingedaalde testis voor bij 3 tot 5% van de jongentjes. Spontane indaling is de eerste 6 maanden mogelijk. Op de leeftijd van 1 jaar komt deze situatie bij ongeveer 2% van de jongentjes nog voor. Afwachten is na 6 maanden niet meer zinvol. Normaal dalen de zaadballen af naar de positie in de balzak voor optimale zaadproductie op latere leeftijd. De temperatuur in de balzak enkele graden lager dan in het lichaam en de zaadproductie is beter bij lagere temperatuur. Het mechanisme dat voor de afdaling van de testes zorgt, is nog niet volledig bekend. Enkele belangrijke factoren in dit proces zijn de aanhechting van de testis aan de onderzijde van de balzak en de tractie hieraan, de druk in de buikholte, de rijping van de bijbal en meerdere hormonale factoren.

Bij een kind met een niet ingedaalde testis zijn er verschillende diagnoses mogelijk:

  • Retractiele testis

De overgrote meerderheid (80%) van de jongetjes tussen de 1 en 11 jaar kan door middel van een spierreflex (cremaster) de volledig normaal ingedaalde testis uit het scrotum in het lieskanaal laten verdwijnen. Dit fenomeen komt vooral voor bij jongentjes van 5 en 6 jaar oud en is normaal. Als de testis bij onderzoek eenvoudig in het scrotum gemasseerd kan worden wordt de diagnose retractiele testis gesteld en is geen verdere behandeling nodig. Dit fenomeen verdwijnt gewoonlijk aan het begin van de puberteit.

  • Inguinale testis

De testis bevindt zich in het lieskanaal. Cremaster(spier)vezels of een liesbreukje houden de testis tegen en staan een normale afdaling naar het scrotum in de weg.

  • Abdominale testis

De testis bevindt zich in de buikholte in het verloop van het traject van de normale afdaling. De testis is bij onderzoek niet palpabel. Er is een grotere kans op het ontwikkelen van zaadbalkanker op latere leeftijd als deze testis in de buikholte blijft. De kans op het ontwikkelen van zaadbalkanker blijft overigens uitmate klein.

  • Ectopische testis

De testis bevindt zich buiten het normale pad van afdaling. De testis wordt gelokaliseerd in het perineum (gebied tussen anus en scrotum), boven het schaambot (suprapubisch), tussen het lieskanaal en de huid of naast de testis aan de andere zijde. De oorzaak hiervan is waarschijnlijk een mislukte aanhechting van de testis, die normaal aan de onderzijde van het scrotum zit.

  • Afwezige testis

Deze situatie is waarschijnlijk het gevolg van een torsio testis (gedraaide zaadbal) voor de geboorte en het hierdoor afsterven van de testis. Ook kan de testis in aanleg niet aanwezig zijn.


Beeldvormend onderzoek

Beeldvormend onderzoek is bij de niet ingedaalde testis onbetrouwbaar. Echografie kan de testis aantonen in het lieskanaal, maar is bij de abdominale testis van beperkte waarde. Een CT of MRI scan kan zinvol zijn bij het opsporen van een abdominale testis, maar het gebruik van dit onderzoek bij zeer jonge kinderen is moeizaam daar kinderen van deze leeftijd niet langere tijd stil kunnen liggen. Daarnaast wordt vaak geen testis gezien bij dit onderzoek terwijl er toch een testis aanwezig is. Echografie, CT en/of MRI scan worden om deze redenen in ons ziekenhuis voor het opsporen van een abdominale testis niet toegepast.


Beleid

  • Cryptorchidisme beiderzijds

Bij pasgeborenen met beiderzijds schijnbaar afwezige testes moet het geslacht van het kind middels DNA onderzoek worden vastgesteld. Bij oudere jongetjes (

  • Retractiele testis

Dit is zoals hierboven beschreven een normale variant. Dit verschijnsel verdwijnt gewoonlijk voor het 13e levensjaar.


Redenen om de niet ingedaalde testis te behandelen

Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat er schade aan de zaadproducerende cellen ontstaat na het eerste levensjaar bij de niet ingedaalde testis. De meeste kinderurologen adviseren hierom een orchidopexie (operatieve correctie) voor de eerste verjaardag.  Ook vanuit psychologisch oogpunt is behandeling op deze leeftijd het minst belastend. Operatieve behandeling is de meest effectieve behandeling en kan in dagbehandeling plaatsvinden. Hormonale behandeling met HCG (Humaan Chorion Gonadotropine) is mogelijk en heeft als voordeel dat het weinig invasief is. HCG stimuleert in de testis de Leydigcellen die testosteron produceren. Dit kan, het werkingsmechanisme is niet bekend, er toe leiden dat de testis indaalt. Het succespercentage van deze behandeling is slechts 10% en de behandeling is bij jongetjes onder de 2 jaar nog minder effectief. Hormonale behandeling wordt in ons ziekenhuis, vanwege het lage succespercentage, niet geadviseerd.


Operatieve behandeling (orchidopexie)

Jongentjes met ectopische testis of niet ingedaalde testis worden voor de eerste verjaardag geopereerd. Bij palpabele testis wordt er geopereerd via een kleine incisie (snede) in de huid boven de te voelen zaadbal. Een eventueel aanwezige liesbreuk wordt direct gecorrigeerd. De testis wordt vrijgemaakt uit zijn omgeving waarbij de zaadleider en bloedvaatjes van de testis zorgvuldig worden gespaard. De testis kan nu naar het scrotum worden gebracht en daar via een kleine incisie worden gefixeerd. Beide incisies worden gesloten met oplosbare hechtingen.


Laparoscopische behandeling

Laparoscopie (kijkbuisoperatie) wordt gebruikt om de niet palpabele testis op te sporen. Via een kleine incisie ter hoogte van de navel wordt de laparoscoop (kijkbuis) ingebracht. In de buik worden de bloedvaatjes van de testis en de zaadstreng opgezocht en gevolgd. Zo kan de locatie van de testis worden ontdekt. Soms lopen de bloedvaatjes en de zaadstreng dood. Dan is er sprake van een in aanleg afwezige testis. Verdere behandeling is dan niet nodig. Als de testis er 'gezond' uitziet en vlak voor het lieskanaal zit kan direct een laparoscopische een orchidopexie volgen. Een tweede kleine incisie in de buikwand wordt gemaakt. Hierdoor kan een instrument in de buik kan worden gebracht waarmee de testis wordt losgemaakt uit zijn omgeving. Daarna kan de testis via een kleine incisie in het scrotum naar beneden worden gebracht en worden vastgezet.
Soms is de testis zo hoog in de buik gelegen dat het niet mogelijk is de testis in een keer naar het scrotum te brengen. De testis wordt dan alleen losgemaakt uit zijn omgeving en zover mogelijk naar beneden gebracht. De oorspronkelijke bloedvaatjes naar de testis worden hierbij doorgenomen. De testis wordt nu nog gevoed via bloedvaatjes die langs de zaadstreng lopen. Ongeveer 6 maanden later, indien de testis er 'gezond' uitziet, wordt de testis alsnog operatief naar zijn natuurlijke positie gebracht en vastgezet.


Follow-up

De eerste controle vindt 4-6 weken na de operatie plaats. Een jaar de operatie is de volgende controle. De grootte (ontwikkeling) en positie van de testis wordt dan beoordeeld.  Op lange termijn is de ietwat grotere kans op zaadbalkanker op latere leeftijd (20-25 jaar) van belang. De kans op zaadbalkanker  in een testis die ooit niet ingedaald was is 1 op 2500 (de normale kans op zaadbalkanker is 1 op 100.000). Een orchidopexie verlaagd de kans op zaadbalkanker niet. Bij het begin van de puberteit moet daarom zelfonderzoek van de testis worden aangeleerd. De invloed op de vruchtbaarheid op latere leeftijd na unilaterale orchidopexie is waarschijnlijk gering. Bij bilaterale orchidopexie op latere leeftijd heeft 70% van de mannen problemen met de vruchtbaarheid. Eventuele problemen op dit gebied op latere leeftijd kunnen met de uroloog worden besproken.

Patiëntenfolder niet ingedaalde testis

Hypospadie

 

De hypospadie is een aangeboren afwijking waarbij het plasgaatje (meatus) zich niet op de top van de penis bevindt. Deze aandoening is relatief zeldzaam en komt ongeveer bij 1 op de 200 jongetjes voor. In sommige families komt deze afwijking vaker voor. Bij één op de drie kinderen komt de afwijking ook voor bij vader, opa, broertjes of neefjes. Tijdens de ontwikkeling van het jongetje in de baarmoeder begint de ontwikkeling van de penis in week 6 van de zwangerschap. Hierbij ontstaat aan de onderzijde van de penis over de gehele lengte een weefselplaat (urethrale plaat). Deze plaat verandert U-vormig en wordt uiteindelijk rond (О). Dit sluitingsproces vindt plaats vanaf het lichaam naar het einde van de penis en is te vergelijken met het sluiten van een rits. Zo ontstaat een buis die uiteindelijk plasbuis (urethra) wordt. Bij verstoring van dit sluitingsproces ontstaat een meatus op een niet normale plaats ofwel een hypospadie. Bij een hypospadie is de voorhuid meestal gespleten aan de kant van de hypospadie. De voorhuid lijkt dan op een capuchon.  

Een hypospadie kan voorkomen van perineaal (gebied tussen anus en scrotum), scrotaal (gebied van de balzak), peniel (penis) tot glandulair (glans betekent eikel). Indeling van de hypospadie vindt plaats naar de locatie van de meatus. Over het algemeen kan gesteld worden dat hoe dichter de meatus zich bij het lichaam bevindt hoe ernstiger de hypospadie is. Omdat een deel van de plasbuis zich niet heeft ontwikkeld ontstaat ter plaatse hiervan een bindweefselstreng (chorda) die een kromstand van de penis veroorzaakt.  Om normaal te kunnen plassen en op latere leeftijd normaal seksueel te kunnen functioneren is correctie van de hypospadie en kromstand, afhankelijk van de ernst, noodzakelijk.  Medisch gezien is het niet altijd noodzakelijk een hypospadie te corrigeren. Met name bij hele lichte vormen van hypospadie, waarbij normaal functioneren kan worden verwacht, kan in overleg met de kinderuroloog besloten worden niet te opereren.  In sommige culturen vindt op jonge leeftijd een besnijdenis of circumcisie plaats. Bij een hypospadie wordt het verrichten van een circumcisie ontraden omdat de voorhuid voor de reconstructie van de hypospadie noodzakelijk kan zijn.


Behandeling

Met een operatie onder algehele narcose kan een hypospadie gecorrigeerd worden. Behandeling vindt bij voorkeur plaats tussen 10 tot 18 maanden na de geboorte. Een bijkomend voordeel van opereren op jonge leeftijd is dat kinderen zich nauwelijks bewust zijn van de operatie en alles wat daar bij komt kijken.  Bij deze ingreep wordt de urethra verlengd zodat de meatus op de tip van de penis komt. Een eventueel aanwezige kromstand wordt direct gecorrigeerd. De operatie techniek die wordt toegepast of plastiek die wordt gecreëerd hangt af van de ernst van de hypospadie. Bij milde vormen van hypospadie, waarbij de meatus zich relatief dicht bij de normale positie bevindt, kan meestal een plasbuis gemaakt worden van omliggende huid. Bij ernstige vormen van hypospadie moet een groter defect moet worden overbrugd. Hierbij kan plasbuis gemaakt worden van wangslijmvlies of binnenbekleding van de voorhuid.

De voorhuid kan soms worden hersteld. Dit kan pas tijdens de ingreep goed beoordeeld worden. Indien er te weinig huid aanwezig is of de voorhuid nodig is voor het maken van een nieuwe plasbuis kan dit niet en zal een besnijdenis worden verricht tijdens de ingreep. Eenvoudige plastieken worden verricht in dagbehandeling. Bij uitgebreidere operaties is, gezien bedrust en wondverzorging, een kortdurende opname noodzakelijk.


Complicaties

Iedere operatie gaat gepaard met kans op complicaties. Het risico op wondinfectie wordt beperkt door steriel te werken en zonodig rondom de operatie antibiotica toe te dienen. Tijdens de operatie wordt de penis kortdurend afgeklemd. Dit beperkt het bloedverlies en zorgt voor goed overzicht tijdens de operatie. De meest voorkomende complicaties zijn het ontstaan van een vernauwing in de plasbuis (strictuur) of een defect in de nieuw gevormde plasbuis (fistel). Door de fistel kan urine lekken. Deze complicaties maken heroperatie, meestal na 3 tot 6 maanden, noodzakelijk. Een heroperatie is ongeveer bij 20% (1 op 5) van de kinderen nodig.

Aanvullende informatie is te lezen in de patiënteninformatie folder Hypospadie van het JBZ.

Afspraak

telefoon

   073-553 6010

 

internetklein   Online via Zorgdomein

   Online via MijnJBZ 

Route

routebeschrijving     Routebeschrijving

     Polikliniek Urologie           

openbaarvervoer

     Openbaar Vervoer 

 

Contact

email   

 

 Stuur een email

Volg ons

Instagramklein 

 

Volg het Centrum Voor Urologie via Instagram @centrumvoorurologie

Penislengte

penislengte

Fictie en feiten over de lengte van de penis

Download de PDF

Urine

Urine Infographics

Fictie en feiten over urine

Download de PDF